Tuesday, November 22, 2005
hete vuren
Nadat ik mijn kuur tegen amoeben (ik weet nog steeds niet hoe je dat schrijft) heb afgemaakt, kwamen de resultaten van het onderzoek en bleek ik iets met typhoide te hebben. En omdat dat niets met amoeben te maken heeft, heb ik nu weer een nieuwe kuur.
Ik ben net terug van weggeweest. Op zaterdag 19 november ben ik met een heel oude pater naar Bambari gevlogen. Daar was een ordination (priesterwijding), waar hij bij wilde zijn en ik moest toch die kant uit. Dat gaf me de gelegenheid een dag eerder te gaan dan gepland, zodat ik Bambari op mijn gemak kon verkennen.
Het was roerend hoe deze oude priester ontvangen werd. Hij was al jaren geleden hier vertrokken, maar de mensen herkenden hem toch – ook al zat hij in een rijdende auto. Ze stopten de auto om de haverklap, vlogen hem om de nek, tranen rolden, het was geweldig. Zoals zovelen had ook deze pater van alles geconstrueerd. Onder andere een kerk. Met een mooie kerktoren, die ik mocht beklimmen. Erin hingen drie enorme klokken, die erg mooi klonken. Door de galmgaten was er een prachtig uitzicht over de eromheen gelegen heuvels. Het deed een beetje aan de Cevennen in Frankrijk denken, inkluis het weer.
De volgende dag ben ik met dokter Honymus en drie helpers naar Bangassou gevlogen. Dokter Honymus is een wereldbekende bottendokter, die al twintig jaar lang hier twee keer per jaar twee weken komt opereren. Hij opereert vooral gehandicapte kinderen met kromgegroeide ledematen. Ik moet bij deze mijn vorige verhaal met betrekking tot polio bijstellen, want deze expert vertelde, dat hij bij de operaties tot nog toe geen polio patienten was tegengekomen. Kennelijk werkt het vaccinatie programma hier prima. Wat je op straat ziet zijn inderdaad oudere gevallen.
Ze waren beslist op zoek naar olifanten en – hoewel ik ze niet verwachtte – wilde ik ze niet teleurstellen. We zijn dus onderweg niet al te hoog gegaan en het was - ook zonder olifanten - toch heel bijzonder om zo te sightsee-en.
In Bangassou was ook een ordination aan de gang en omdat zulks wel vier uur in beslag neemt was ik in de gelegenheid in Bambari het begin mee te maken en in Bangassou het eind. Erg leuk. ’s Avonds werden we in een eetgelegenheid uitgenodigd om het allemaal te vieren en dat was ook een hele belevenis. Maar ik heb van het eten niet zo heel erg genoten, want mijn darmen speelden weer op en de dag erop wilde ik echt geen diarree hebben, want op maandag moest ik naar Bangui en weer terug naar Bangassou en weer naar Bangui. Zeven uur vliegen.
Gelukkig had ik geen last van diarree en was het erg leuk. Eén pater uit Zemio had verlof en wilde naar huis. Hij woont in Kongo tegen Rwanda aan en hoe nu daar te arriveren? Hij ging via Mobaye en dan de rivier oversteken en dan bij G’Badolite (vijf-en-twintig kilometer lopen) een vliegtuig proberen te vinden naar Kinshasa en dan daar een vliegtuig proberen te vinden naar ..... Op die manier is Nederland een stuk dichterbij dan om de hoek.
Toen ik voor de tweede keer naar Bangui vloog was het al in de namiddag. Na een landing op Koeango (altijd groot feest met heel veel kinderen en grote mensen, die dan even kind worden) hadden we soeur Marie Monique ook bij ons en zaten we weer lekker vol. Tijdens het laatste stukje ging de zon onder en dat was, met de nodige wolken partijen en weerspiegelingen in de grote rivier een majestueus gezicht, waar iedereen van onder de indruk was. Ik voelde me net een priester, die zijn gemeente voorgaat in een geweid moment, heel apart. Ook de vuren op de vlakte waren indrukwekkend : overdag zie je alleen maar rook, nu zag je vooral de hoog oplaaiende vlammen in de toenemende duisternis.
Bij Bangui aangekomen kon ik goed zien waar ik soms zo benauwd van word. Overdag gaat de rook van de vuurtjes omhoog. Met het afkoelen onstaat er een sterke temperatuursinversie dichtbij de grond, waardoor de rook plat over de grond wegdrijft. De grondwind is overwegend uit het westen. Het vliegveld – ook ten westen van de stad was nog duidelijk herkenbaar, gelukkig maar. Maar het grootste gedeelte van de stad ging schuil onder een ondoordringbaar rookgordijn.
En nu is onze Cessna al weer toe aan een vijftig uurs beurt. Dat gaat toch wel snel zo.
Overigens heeft de regering besloten om die twee maandsalarissen – waar ik het eerder over had - zowiezo te gaan uit betalen aan de ambtenaren. Maar de boeven op de weg hebben een goeie neus voor geld en geld is een gemakkelijke buit. Er wordt dan ook heel wat geroofd langs ’s Heeren wegen. De enige veilige weg is door de lucht. En zo komt er dan soms iemand in het halfdonker langs met een onopvallende vuiliszak met enkele tientallen miljoenen erin. Ik weet dat mijn voorgangers er soms bezwaar tegen hadden, maar ik vind dat ik op die manier toch ook meehelp aan de stabilisatie van het land. De katholieke missie heeft hier - bij alle partijen - een heel goede naam en wordt – voor zover ik het nu gezien en gehoord heb – door alle partijen ontzien.
Je zult denken dat dan toch in elk geval de rovers nog steeds interesse hebben. Maar de rovers zijn vaak gewoon de militairen. De militairen hebben best een goede reden om te roven. De militairen horen namelijk ook onder de paraplu van niet-betaalde-ambtenaren. Maar zij hebben – als weinig anderen – overtuigende argumenten, zoals daar zijn : kalashnikovs. Meestal proberen ze niet eens zich te vermommen, de rovers – dat weet iedereen – dat zijn gewoon de militairen.
Geld ... iedereen wil het hebben en iedereen heeft tekort. Toch zijn er mensen die er een eergevoel op dit gebied op nahouden. Dacht ik. Meneer Samba is zo iemand. Hij is van de Rijks Luchtvaart Dienst en hij heeft me steeds goed en snel geholpen. Vandaag moest ik weer bij hem zijn, maar dat is geen straf, want het is een vriendelijke man met veel levenservaring. Eigenlijk is hij al gepensioneerd, maar hij helpt zijn baas nog wat en hij vind het ook gewoon erg leuk.
Nadat we klaar waren en op het punt stonden afscheid te nemen vroeg hij zo - langs zijn neus weg - of ik nog wel eens naar Bangassou ging? Dat ging ik natuurlijk en daarop vroeg hij of hij dan eens meekon, waarop ik natuurlijk bevestigend antwoordde. Toen hij daar verder niets op zei, vermeldde ik – mogelijk ten overvloede – dat het wel duur was. Ik krijg wel vaker zo’n verzoek, maar als ik zeg wat het kost, dan krabbelen de meesten terug. Hij vroeg me wat het dan wel niet kostte en ik citeerde de prijs : 174.620 CFA. “Aha”, zei hij, “maar ... ik ben van de luchtvaart autoriteit .... “.
Tot mijn eigen verbazing voelde ik een hete woede door me heen slaan. Maar ik beheerste me en ik legde uit dat, als je voor de missie werkt, je korting op de prijs krijgt. De rest van de wereld moest de volle prijs betalen. Voor zover ik wist hoorde hij bij “de rest van de wereld”. Hij antwoordde, dat hij toch laatst nog met Minair voor niks naar Bria was gevlogen. Daarop antwoordde ik met opeengeklemde kaken, dat ik niet Minair was en schoof vervolgens zo beleefd mogelijk de kamer uit. De bijbehorende adrenaline rush heeft nog tot ver in de middag zijn invloed laten gelden. Ik ben benieuwd wat dit voor gevolgen heeft.
In de krant gelezen : president Bozizé moest naar Tunis. Hij zou eerst met Air France – de tickets lagen al op het buffet - maar dat was toch eigenlijk wel beneden zijn stand. Dus besloot men te elfder ure een executive jet te bestellen.
Alles werd in het uiterste geheim geregeld, de piloot wist tot op het laatste moment niet wat de opdracht was. De Geheime Dienst zou ALLES regelen. De executive jet was indrukwekkend. Ik heb hem zelf gezien. Maar in Tunis dachten ze daar heel anders over. Want hoewel het vliegtuig er prachtig uitzag wisten ze van de reis niets af. De Geheime Dienst had verzuimd een vliegplan in te dienen en de douane van Tunis te bellen. Wisten zij veel. Ze vonden het al heel wat, dat zij dat vliegtuig geregeld had. En dat was natuurlijk ook zo.
Ook toen ze daar in Tunis werd meegedeeld, dat dat rondcirkelende vliegtuig niemand minder dan President Bozizé aan boord had, waren ze niet onder de indruk. Uiteindelijk mochten ze in Togo landen, om van daaruit de verdere formaliteiten te regelen.
Nu wordt de Directeur Generaal van de Rijks Luchtvaart Dienst er verantwoordelijk voor gehouden en is hij van zijn verantwoordelijkheden ontheven. Maar hij geeft aan van niks op de hoogte te zijn gesteld. En dat was ook weer waar. Nou ja ....
Ik ben net terug van weggeweest. Op zaterdag 19 november ben ik met een heel oude pater naar Bambari gevlogen. Daar was een ordination (priesterwijding), waar hij bij wilde zijn en ik moest toch die kant uit. Dat gaf me de gelegenheid een dag eerder te gaan dan gepland, zodat ik Bambari op mijn gemak kon verkennen.
Het was roerend hoe deze oude priester ontvangen werd. Hij was al jaren geleden hier vertrokken, maar de mensen herkenden hem toch – ook al zat hij in een rijdende auto. Ze stopten de auto om de haverklap, vlogen hem om de nek, tranen rolden, het was geweldig. Zoals zovelen had ook deze pater van alles geconstrueerd. Onder andere een kerk. Met een mooie kerktoren, die ik mocht beklimmen. Erin hingen drie enorme klokken, die erg mooi klonken. Door de galmgaten was er een prachtig uitzicht over de eromheen gelegen heuvels. Het deed een beetje aan de Cevennen in Frankrijk denken, inkluis het weer.
De volgende dag ben ik met dokter Honymus en drie helpers naar Bangassou gevlogen. Dokter Honymus is een wereldbekende bottendokter, die al twintig jaar lang hier twee keer per jaar twee weken komt opereren. Hij opereert vooral gehandicapte kinderen met kromgegroeide ledematen. Ik moet bij deze mijn vorige verhaal met betrekking tot polio bijstellen, want deze expert vertelde, dat hij bij de operaties tot nog toe geen polio patienten was tegengekomen. Kennelijk werkt het vaccinatie programma hier prima. Wat je op straat ziet zijn inderdaad oudere gevallen.
Ze waren beslist op zoek naar olifanten en – hoewel ik ze niet verwachtte – wilde ik ze niet teleurstellen. We zijn dus onderweg niet al te hoog gegaan en het was - ook zonder olifanten - toch heel bijzonder om zo te sightsee-en.
In Bangassou was ook een ordination aan de gang en omdat zulks wel vier uur in beslag neemt was ik in de gelegenheid in Bambari het begin mee te maken en in Bangassou het eind. Erg leuk. ’s Avonds werden we in een eetgelegenheid uitgenodigd om het allemaal te vieren en dat was ook een hele belevenis. Maar ik heb van het eten niet zo heel erg genoten, want mijn darmen speelden weer op en de dag erop wilde ik echt geen diarree hebben, want op maandag moest ik naar Bangui en weer terug naar Bangassou en weer naar Bangui. Zeven uur vliegen.
Gelukkig had ik geen last van diarree en was het erg leuk. Eén pater uit Zemio had verlof en wilde naar huis. Hij woont in Kongo tegen Rwanda aan en hoe nu daar te arriveren? Hij ging via Mobaye en dan de rivier oversteken en dan bij G’Badolite (vijf-en-twintig kilometer lopen) een vliegtuig proberen te vinden naar Kinshasa en dan daar een vliegtuig proberen te vinden naar ..... Op die manier is Nederland een stuk dichterbij dan om de hoek.
Toen ik voor de tweede keer naar Bangui vloog was het al in de namiddag. Na een landing op Koeango (altijd groot feest met heel veel kinderen en grote mensen, die dan even kind worden) hadden we soeur Marie Monique ook bij ons en zaten we weer lekker vol. Tijdens het laatste stukje ging de zon onder en dat was, met de nodige wolken partijen en weerspiegelingen in de grote rivier een majestueus gezicht, waar iedereen van onder de indruk was. Ik voelde me net een priester, die zijn gemeente voorgaat in een geweid moment, heel apart. Ook de vuren op de vlakte waren indrukwekkend : overdag zie je alleen maar rook, nu zag je vooral de hoog oplaaiende vlammen in de toenemende duisternis.
Bij Bangui aangekomen kon ik goed zien waar ik soms zo benauwd van word. Overdag gaat de rook van de vuurtjes omhoog. Met het afkoelen onstaat er een sterke temperatuursinversie dichtbij de grond, waardoor de rook plat over de grond wegdrijft. De grondwind is overwegend uit het westen. Het vliegveld – ook ten westen van de stad was nog duidelijk herkenbaar, gelukkig maar. Maar het grootste gedeelte van de stad ging schuil onder een ondoordringbaar rookgordijn.
En nu is onze Cessna al weer toe aan een vijftig uurs beurt. Dat gaat toch wel snel zo.
Overigens heeft de regering besloten om die twee maandsalarissen – waar ik het eerder over had - zowiezo te gaan uit betalen aan de ambtenaren. Maar de boeven op de weg hebben een goeie neus voor geld en geld is een gemakkelijke buit. Er wordt dan ook heel wat geroofd langs ’s Heeren wegen. De enige veilige weg is door de lucht. En zo komt er dan soms iemand in het halfdonker langs met een onopvallende vuiliszak met enkele tientallen miljoenen erin. Ik weet dat mijn voorgangers er soms bezwaar tegen hadden, maar ik vind dat ik op die manier toch ook meehelp aan de stabilisatie van het land. De katholieke missie heeft hier - bij alle partijen - een heel goede naam en wordt – voor zover ik het nu gezien en gehoord heb – door alle partijen ontzien.
Je zult denken dat dan toch in elk geval de rovers nog steeds interesse hebben. Maar de rovers zijn vaak gewoon de militairen. De militairen hebben best een goede reden om te roven. De militairen horen namelijk ook onder de paraplu van niet-betaalde-ambtenaren. Maar zij hebben – als weinig anderen – overtuigende argumenten, zoals daar zijn : kalashnikovs. Meestal proberen ze niet eens zich te vermommen, de rovers – dat weet iedereen – dat zijn gewoon de militairen.
Geld ... iedereen wil het hebben en iedereen heeft tekort. Toch zijn er mensen die er een eergevoel op dit gebied op nahouden. Dacht ik. Meneer Samba is zo iemand. Hij is van de Rijks Luchtvaart Dienst en hij heeft me steeds goed en snel geholpen. Vandaag moest ik weer bij hem zijn, maar dat is geen straf, want het is een vriendelijke man met veel levenservaring. Eigenlijk is hij al gepensioneerd, maar hij helpt zijn baas nog wat en hij vind het ook gewoon erg leuk.
Nadat we klaar waren en op het punt stonden afscheid te nemen vroeg hij zo - langs zijn neus weg - of ik nog wel eens naar Bangassou ging? Dat ging ik natuurlijk en daarop vroeg hij of hij dan eens meekon, waarop ik natuurlijk bevestigend antwoordde. Toen hij daar verder niets op zei, vermeldde ik – mogelijk ten overvloede – dat het wel duur was. Ik krijg wel vaker zo’n verzoek, maar als ik zeg wat het kost, dan krabbelen de meesten terug. Hij vroeg me wat het dan wel niet kostte en ik citeerde de prijs : 174.620 CFA. “Aha”, zei hij, “maar ... ik ben van de luchtvaart autoriteit .... “.
Tot mijn eigen verbazing voelde ik een hete woede door me heen slaan. Maar ik beheerste me en ik legde uit dat, als je voor de missie werkt, je korting op de prijs krijgt. De rest van de wereld moest de volle prijs betalen. Voor zover ik wist hoorde hij bij “de rest van de wereld”. Hij antwoordde, dat hij toch laatst nog met Minair voor niks naar Bria was gevlogen. Daarop antwoordde ik met opeengeklemde kaken, dat ik niet Minair was en schoof vervolgens zo beleefd mogelijk de kamer uit. De bijbehorende adrenaline rush heeft nog tot ver in de middag zijn invloed laten gelden. Ik ben benieuwd wat dit voor gevolgen heeft.
In de krant gelezen : president Bozizé moest naar Tunis. Hij zou eerst met Air France – de tickets lagen al op het buffet - maar dat was toch eigenlijk wel beneden zijn stand. Dus besloot men te elfder ure een executive jet te bestellen.
Alles werd in het uiterste geheim geregeld, de piloot wist tot op het laatste moment niet wat de opdracht was. De Geheime Dienst zou ALLES regelen. De executive jet was indrukwekkend. Ik heb hem zelf gezien. Maar in Tunis dachten ze daar heel anders over. Want hoewel het vliegtuig er prachtig uitzag wisten ze van de reis niets af. De Geheime Dienst had verzuimd een vliegplan in te dienen en de douane van Tunis te bellen. Wisten zij veel. Ze vonden het al heel wat, dat zij dat vliegtuig geregeld had. En dat was natuurlijk ook zo.
Ook toen ze daar in Tunis werd meegedeeld, dat dat rondcirkelende vliegtuig niemand minder dan President Bozizé aan boord had, waren ze niet onder de indruk. Uiteindelijk mochten ze in Togo landen, om van daaruit de verdere formaliteiten te regelen.
Nu wordt de Directeur Generaal van de Rijks Luchtvaart Dienst er verantwoordelijk voor gehouden en is hij van zijn verantwoordelijkheden ontheven. Maar hij geeft aan van niks op de hoogte te zijn gesteld. En dat was ook weer waar. Nou ja ....